Sushi - Gunkan Maki

Ik heb een superleuk nichtje. Ze is inmiddels 22, maar omdat ik nog steeds veel ouder ben, kan ik nog nichtje zeggen. Dat nichtje komt sinds een tijdje een keer in de maand op zondagmiddag bij me koken. En dat is leuk. Ik mag bedenken wat we gaan maken, want ze lust namelijk alles, vind niks gek en wil alles gewoon wel eens proberen. Ha, daar kan ik wel wat mee!
De afgelopen keer hebben we sushi gemaakt. De laatste jaren is sushi enorm populair geworden en kun je het bijna overal kopen. Vergeet alleen de nare, koude bakjes die naar weinig bijzonders smaken bij de super en maak het vers. Een wereld van verschil. Zo heb ik zelfs mijn moeder (geen sushifan) enthousiast weten te krijgen. En sushi maken is simpel! Mijn nichtje had het binnen één rolletje onder de knie, maar dat komt misschien ook omdat ze zo ontzettend handig is.

Kook sushirijst in 1,5 x zoveel water als rijst. Het water moet helemaal opgenomen worden door de rijst. Houd goed in de gaten dat de rijst niet aanbrandt. Maak op smaak met rijstazijn/suiker/zout. Laat de rijst afkoelen. Dek hem af met een vochtige theedoek zodra hij op kamertemperatuur is. Snijd alvast de ingrediënten die als vulling voor de sushi gaan dienen. De rolletjes sushi noem je trouwens hosomaki (met 1 ingrediënt) of futomaki (met twee of meer ingrediënten). Koop superverse vis voor sushi, vooral bij tonijn is dit belangrijk. Liever diepvries dan oude vis. Wat je kunt gebruiken als vulling: tonijn, zalm, surimisticks, grote garnalen, komkommer, avocado, omelet. Hier kun je onderling mee varieren: zalm met komkommer of surimi met garnaal en omelet. 



Omdat ik al vaker sushi heb gemaakt, wilde ik eens iets anders proberen. Het bleek bijzonder lekker! Het heet gunkan maki, 'slagschip'. 




Wat je nodig hebt voor 12 stuks:
250 gr sushirijst (gekookt en op smaak gebracht)
2 norivellen
80 gram tonijn
1 eetlepel geraspte gemberwortel
1 theelepel wasabipasta
1 lente-uitje, fijngehakt
2 eetlepels sojasaus

Hak de tonijn fijn met een mes. Meng de tonijn met de geraspte gember, de wasabipasta, het lente-uitje en de  sojasaus. 
Knip de norivellen elk in zes repen van 2,5 cm breed en 15 cm lang
Doop je handen in een kom water gemengd met een scheut rijstazijn
Maak balletjes van ongeveer één eetlepel rijst in de kom van je hand
Droog je handen en wikkel een reepje nori om de rijstbolletjes. Het reepje moet iets boven de rijst uitsteken en een opstaande rand vormen. Plak het uiteinde vast met een rijstkorrel en druk het goed aan.
Bestrijk de rijst met een dun laagje wasabipasta en schep een beetje van de vulling erop.

Reacties